Vorige

Ze willen allemaal vakantie op hetzelfde moment nemen, wat nu?

Juli en augustus zijn populaire vakantiemaanden: hoe voorkomt u dat iedereen gelijktijdig afwezig is?

De dag(en) waarop uw werknemer individuele vakantie wilt nemen, kunt u als werkgever niet eenzijdig opleggen: Hierover moet een akkoord zijn tussen jullie beiden.

Het enige wat hierover in de wetgeving is terug te vinden, is dat wanneer het om gezinshoofden (lees “werknemers met schoolgaande kinderen”) gaat, de vakantie bij voorkeur aan hen wordt toegekend tijdens de schoolvakanties. Dit lost al een deel van het probleem op. Een ander probleem kan zich hierbij voordoen: een werknemer die geen kinderen heeft, maar een partner heeft die enkel tijdens het bouwverlof zijn hoofdvakantie kan opnemen en dus moeilijk met zijn partner op vakantie kan gaan. Dat is natuurlijk ook niet de bedoeling. De beste oplossing is dus om deze problemen op ondernemingsniveau aan te pakken.

Een mogelijke manier om dit te organiseren is de volgende: stel in eerste instantie vast bij welke functies het niet aangeraden is om gelijktijdig vakantie op te nemen. U kan ook bepalen wat het aangewezen minimum aantal werknemers is dat aanwezig moet zijn per departement of per dienst. Wees hierbij wel redelijk: het is wellicht te streng om te eisen dat er steeds vier technici aanwezig zijn, terwijl u slechts vijf technici in dienst hebt. Deze aantallen mogen een werknemer ook niet verhinderen om vakantie op te nemen. U kan bijvoorbeeld onmogelijk eisen van de enige schoonma(a)k(st)die u in dienst heeft om nooit vakantie op te nemen.

Eens deze functies en/of aantallen bepaald zijn, kunnen er andere criteria aan toegevoegd worden. Zo kunnen dan werknemers met kinderen bij voorkeur hun vakantie opnemen tijdens de schoolvakanties. U kunt ook een beurtrol inlassen: stel vast welke dienst of functie in jaar X het eerste zijn vakantie kan kiezen en wie in jaar X+1 het eerste kan kiezen. U kunt daarnaast ook de vakantieperiode beperken: tussen 1 mei en 31 oktober moet u tot twee weken aaneensluitend vakantie toekennen aan de werknemers die 18 jaar en ouder zijn. Indien ze het vragen, moet u 3 weken toekennen aan de werknemers jonger dan 18 jaar. In ieder geval is het verplicht om binnen een jaar een ononderbroken vakantieperiode van één week te garanderen.

Eens het systeem werd vastgelegd, is het aangewezen dit op te nemen in het arbeidsreglement. Op die manier is het afdwingbaar en zijn alle werknemers, ook zij die later nog in dienst komen, hierdoor gebonden.

Voor ondersteuning in de praktische aanpak verwijzen we naar de diensten van Legal Consult.  

Kom meer te weten over dit onderwerp tijdens onze opleidingen:

  • Opleiding vakantiegeld berekenen: de basis. Tijdens deze opleiding van 1 dag doet u basiskennis op over vakantiegeld, berekening vakantiedagen en afrekening bij in en uit dienst.
  • Workshop verrekenen van vakantie-attesten. Na deze opleiding kunt u vakantiegeld afrekeningen en vakantieattesten maken voor werknemers die uw bedrijf verlaten of die nieuw in dienst komen. 

Deel dit artikel