Werkkledij: Enkele nieuwigheden
Vanaf 1 augustus worden verschillende bepalingen in de codex over het welzijn op het werk in verband met werkkledij gewijzigd. Deze wijzigingen hebben betrekking op de definitie van werkkledij en de gebruiksvoorwaarden van de werkkledij.
Wat is werkkledij?
De nieuwe regelgeving vervolledigt de definitie van werkkledij. Werkkledij is elke kledij die bedoeld is om te vermijden dat de werknemer zich vuil maakt door de aard van zijn activiteiten. Deze kledij is geen persoonlijk beschermingsmiddel (PBM), omdat zij niet bedoeld is om de werknemer te beschermen tegen risico's die zijn veiligheid of gezondheid op het werk kunnen bedreigen. Het kan bijvoorbeeld gaan om een overall of een stofjas.
Het KB verwijst ook naar “gemengde kledij” en welke regelgeving op deze kledij van toepassing is, nl.:
- De kledij die bedoeld is om de werknemer te beschermen tegen risico's, ongeacht of ze ook tegen bevuiling beschermt, is een PBM waarop de bepalingen van titel 2, boek IX van de codex over het welzijn op het werk boek van toepassing zijn
- Indien de werknemers, hetzij wegens de uitoefening van een overheidsfunctie, hetzij wegens gebruiken die eigen zijn aan het beroep en die toegelaten zijn door het bevoegd paritair comité, verplicht zijn een uniform of gestandaardiseerde kledij te dragen die voorgeschreven is door een koninklijk besluit of een algemeen verbindend verklaarde cao, wordt deze kledij niet beschouwd als werkkledij. Deze regels is wel niet toepasselijk wanneer het gaat om werkkledij die bedoeld is om te vermijden dat de werknemer zich vuil maakt door de aard van zijn activiteiten
Gebruiksvoorwaarden van de werkkledij
De terbeschikkingstelling van werkkledij
Zoals voorheen reeds het geval was moet de werkgever in principe de werkkledij ter beschikking stellen van de werknemers.
Een nieuwigheid is dat een cao de regels kan bepalen over de aard van de werkkledij, alsook de frequentie voor de vernieuwing van de werkkledij of een premie of vergoeding vaststellen voor het aanschaffen of het hernieuwen van deze werkkledij door de werknemer zelf.
De reiniging, herstelling en het onderhoud van werkkledij
Ook op het punt van reiniging, herstelling en onderhoud blijft het principe van toepassing dat de werkgever hiervoor instaat. Het KB voorziet wel in een nieuwe afwijking op het verbod om de werknemer zelf te laten instaan voor de reiniging en onderhoud van zijn werkkledij. Zo is het vanaf 1 augustus mogelijk om via een cao toe te laten dat de werknemers zelf instaan voor de reiniging en het onderhoud van hun werkkledij tegen betaling van een premie of een vergoeding.
De volgende voorwaarden moeten dan vervuld zijn:
- uit de resultaten van de risicoanalyse blijkt dat de werkkledij geen risico kan vormen voor de werknemer, andere personen of het milieu;
- de preventieadviseur en het CPBW geven een voorafgaand advies;
- de werknemers hebben de nodige instructies ontvangen om de reiniging, de herstelling en het onderhoud van de werkkledij adequaat te verrichten.
De algemeen verbindend verklaarde cao’s die werden gesloten vóór 1 augustus 2023 blijven van toepassing na die datum, voor zover de werkgever de voorwaarden zoals hierboven vermeld, naleeft.
Bron: KB van 11 juni 2023 tot wijziging van de codex over het welzijn op het werk, wat de gebruiksvoorwaarden van de werkkledij betreft, BS 5 juli 2023