Herverdeling sociale lasten: wie zijn de gelukkigen?
Elk jaar in mei doet de RSZ een rekenoefening om na te gaan welke kleinere werkgevers geld terugkrijgen en welke grotere werkgevers een extra bijdrage moeten betalen. Tot welke groep behoor jij? Je ontdekt het hier.
Wie werknemers tewerkstelt, moet op het brutoloon van deze werknemers sociale bijdragen betalen. Deze kost kan duur uitvallen, zeker voor kleinere werkgevers. Om de loonkost van de kleinere werkgevers wat te drukken, wordt dan ook elk jaar bekeken welke kleinere werkgevers wat minder bijdragen moeten betalen en welke grotere werkgevers daarentegen wat moeten bijbetalen. Dit principe heet de ‘herverdeling van sociale lasten’.
Welke werkgevers zijn hierbij betrokken?
Het gaat om alle werkgevers die een economische activiteit uitoefenen, ofwel met een industrieel doel ofwel met een commercieel doel. Daarnaast komen ook de vrije beroepen in aanmerking. Dit zijn meer bepaald:
- artsen, tandartsen en dierenartsen;
- advocaten, gerechtsdeurwaarders en notarissen;
- architecten en beëdigde landmeters;
- paramedische beroepen, apothekers, kinesitherapeuten;
- bedrijfsrevisoren, boekhouders en accountants.
Werkgevers die niet economisch actief zijn, zoals ziekenhuizen of culturele instellingen bijvoorbeeld, komen niet in aanmerking. Ook werkgevers die slechts dienstboden of huispersoneel tewerkstellen worden niet geviseerd.
Hoeveel kan je terug krijgen?
De kleinere werkgevers, die minder dan een bepaald bedrag aan sociale zekerheidsbijdragen hebben betaald het voorbije jaar, krijgen een teruggave ten belope van 11,5 procent van het bedrag aan sociale zekerheidsbijdragen betaald in 2018. Let wel, niet alle bijdragen worden mee in de berekeningsbasis genomen. Zo krijg je bijvoorbeeld geen korting op de 10,27 procent die je jaarlijks verschuldigd bent als je arbeiders aan het werk hebt.
Bij de berekening wordt het resultaat ook beperkt tot:
Bijdragen kwartaal 2018 |
Beperking teruggave |
---|---|
Tussen 5.453,66 euro en 26.028,82 euro |
359,45 euro per kwartaal |
Meer dan 26.028,82 euro |
272,68 EUR per kwartaal |
Hoeveel moet je als grote werkgever betalen?
De werkgevers die het voorbije jaar voor een of meer kwartalen meer dan 26.028,82 euro aan sociale zekerheidsbijdragen moesten betalen, krijgen een extra bijdrage opgelegd. Dit ter compensatie van de teruggave aan de kleinere werkgevers. Ze krijgen een bijkomende factuur voor 1,55 procent van het deel van de bijdragen dat per kwartaal de grens van 26.028,82 euro overschrijdt. De extra bijdrage wordt begrensd tot 207.146,00 euro.
Geen teruggave of extra bijdrage?
Wanneer de berekening door de RSZ een teruggave of extra bijdrage oplevert lager dan 37,18 euro, wordt hier niets mee gedaan. Je moet dan in voorkomend geval niets betalen, maar krijgt het bedrag ook niet terug.
Hoe verwerkt de RSZ dit?
Moet je geld terugkrijgen van de RSZ, dan gebruiken ze dit bedrag om de bijdragen die je voor het tweede kwartaal van 2019 verschuldigd bent aan te zuiveren. Had je recht op een grotere teruggave dan je factuur aan bijdragen voor het tweede kwartaal van 2019, dan wordt de teruggave beperkt tot het bedrag van je factuur. Het restant kan je helaas niet in mindering laten brengen van de bijdragen voor een volgend kwartaal.
Moet je daarentegen een extra bijdrage betalen, dan zal je de factuur hiervoor ontvangen in juli.
Heb je hier nog vragen over, neem dan zeker contact op met je aanspreekpunt bij Acerta.